Week 19 leek de finale week


Op 25 april, daags voor het meireces, informeerden de informateurs de pers over de voortgang van de informatieonderhandelingen. Daarbij bediende Richard van Zwol zich herhaaldelijk van de kwalificatie ‘finale week’, zijnde de week van 6 mei, week 19, waarin er een ‘akkoord op hoofdlijnen’ moest zijn.
Finale week deed het goed in de kranten. Wat opviel was de wisselende spelling: vaak spelde men finaleweek, soms finale week.

Finaleweek is een N+N-samenstelling: het woord bestaat uit twee nomina, zelfstandige naamwoorden. Het is begrijpelijk dat journalisten finaleweek spelden, want dat staat in de Woordenlijst van de Nederlandse Taalunie, naast o.a. finaledag en finaleweekend, en wordt bijgevolg door de spellingcorrector geaccepteerd. We kennen het begrip onder andere van de kennisquiz De slimste mens; in de finaleweek spelen de winnaars van de voorrondes om de eindoverwinning.

WikiWoordenboek definieert finaleweek als ‘week waarin de finale v.e. wedstrijd plaatsvindt’.¹ Zou Van Zwol deze betekenis inderdaad in zijn achterhoofd hebben gehad? Waarschijnlijker lijkt me dat hij finale gebruikte als de verbogen vorm van het adjectief finaal.² Het gaat dan om een A+N-woordgroep, gespeld als finale week en met de betekenis ‘laatste week³ als beslissende, cruciale fase’, het eindspel. Hij repte dan ook van “een hele belangrijke week” en “de week van […] knopen doorhakken”.

Nu ik dit schrijf is week 20 begonnen en wordt er nog steeds druk onderhandeld, met name over ‘de financiële puzzel’ (die gelegd moet worden). Maar aanstaande woensdag is het toch echt 5 voor 12: de informateurs hebben laten weten dat hun verslag uiterlijk om 23.59 naar de Kamer moet zijn gemaild; dan zetten ze een punt achter hun werk.

Dat programkabinet van PVV, VVD, NSC en BBB zal er wel komen. De leiders van de coalitiepartijen treden niet toe tot het kabinet, maar blijven als fractieleider in de Tweede Kamer. Wilders zal daar zijn nietsontziende powerplay uitgebreid kunnen etaleren.


Dirk Glandorf




1 De Dikke Van Dale heeft finaleweek alleen opgenomen als zogenaamde opnoemer, m.a.w. zonder definitie.
2 Het was duidelijk geweest als hij het accent op ‘week’ had gelegd: de finale wéék.
3 Vgl. Engels final week ‘laatste week’.



» “Ik diesel gewoon door.”
» Een hondsloyale topambtenaar in het Torentje.
» Wensdenken in het onderhandelaarsakkoord.
» Niets nalaten, er alles aan doen.
» Diksap, aan elkaar.
» Bijzonder grofvuil.
» Plasticafval in plastic bigbags.
» index


Geplaatst op 13 mei 2024, gewijzigd op 15 mei 2024.

© de 5e Verdieping 2024