Wat betekent de plaatsnaam Knollendam?
Aan de rand van de Randstad, met het natuurmonument Wormer- en Jisperveld als achtertuin, ligt het Zaanse dorpje Oostknollendam. Eind oktober was het even in het nieuws omdat de autos van de fractievoorzitter van GroenLinks en diens vriendin er in de fik waren gestoken; voor Oostknollendam een atypische gebeurtenis.
Oostknollendam ligt aan de oude veenrivier de Zaan. Tegenover Oostknollendam ligt Westknollendam. Ooit waren ze verbonden met een dam. Deze dam vormde de noordelijke tegenhanger van de dam waaraan Zaandam zijn naam te danken heeft, de Zaanderdam. De noordelijke dam wordt voor het eerst genoemd in een oorkonde uit 1374, waarin Jan van Castillon (= graaf Jan II van Blois) aan een zekere Claise Amelgaers toestemming verleent om een sluis te bouwen “in den Noord-Dam vanden Zaenden [v.d. Zaan]”.¹ De dam zelf lag er zeker al sinds 1361.² Volgens professor Van Braam stamt hij vermoedelijk uit dezelfde tijd als de Zaanderdam, d.w.z. uit de 2e helft van de 13e eeuw. Dat klinkt rijkelijk vroeg, in aanmerking genomen dat de Noorddam nog werd voorafgegaan door de Wormerdam alias de Meerdam. Mr. Vis situeert de bouw van de Noorddam in de 1e helft van de 14e eeuw, De Bont & Kleij denken dat hij pas kort voor 1361 is aangelegd. (De Zaandorpen Wormerveer, Zaandijk en Koog aan de Zaan bestonden toen overigens nog niet.)
Dr. Verkade schrijft dat onduidelijk is wanneer de Noorddam Knollendam is gaan heten. In ieder geval wordt de dam in de 2e helft van de 16e eeuw in officiële stukken consequent aangeduid als de Knollendam. Gerrit Jacob Boekenoogen geeft als oudste vermelding het jaar 1529: “in de Beemster-dijck tot Knollendam [ ], den voorschreven Sluys in den Knollendam”. Aan beide zijden van de dam ontstond een nederzetting. Omstreeks 1635 is de dam geamoveerd, weggehaald, en sindsdien zijn beide Knollendammen door Zaanwater gescheiden.
Omtrent de naam Knollendam heerst nog altijd onzekerheid. “Daar het terrein geheel vlak is, mist de gissing dat er knol heuvel in zou schuilen [ ] allen grond”, meende Boekenoogen. Maar Van Berkel & Samplonius veronderstellen wel degelijk een verband met Middelnederlands (k)nol zandheuvel, duin, hier in de specifieke betekenis uitpunt aan een dijk. In die opvatting had de Knollendam kenmerkende knollen, uitpunten. Zelf denk ik eerder aan knol in de oude betekenis kluit.³ De Knollendam zou dan zijn opgebouwd uit kluiten. Uit veenplaggen?
Dirk Glandorf
1 Claise Amelgaers kreeg toestemming om “[ ] in sijn selfs lande / ende in sijn selfs dijck buyten onsen kost [ ] eenen sluyse te legghen ende te houden [ ] in den Noord-Dam vanden Zaenden / duerende tot eeuwelijcken dage / om thien pondt [ ] ale jaren te betalen.” Het was een particulier initiatief (Verkade, p. 32-33).
2 In een document uit 1394 wordt verwezen naar een brieve uit 1361 over het onderhoud van de Noorddam/Knollendam; die bestond dus toen al (Verkade, p. 32-33).
3 WNT over knol: “De oudste bet. is vermoedelijk min of meer ronde klomp of kluit”.Referenties
G.J. Boekenoogen, De Zaansche volkstaal, 1897, lemma Knollendam.
Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), lemma knolI (gepubliceerd in 1938).
D. Vis, De Zaanstreek; een beschrijving van het Zaansche volksleven in zijn historische ontwikkeling, 1948, p. 17.
Margaretha A. Verkade, Den derden Dach; ontstaan en ontwikkeling van de Polder Westzaan, 1982.
A. van Braam, Zaandam in de middeleeuwen, 1993, p. 128-131.
Chris de Bont & Piet Kleij, Tussen Crommenye en Twiske, in Geschiedenis van de Zaanstreek I, 2012, p. 24-61 (m.n. p. 55 en 58).
G. van Berkel & K. Samplonius, Nederlandse plaatsnamen verklaard, 2018, lemmas Oost-Knollendam, West-Knollendam, De Knol en De Knolle.
» “Een knol opgeloopen”.
» De plaats-/waternaam Stierop.
» Het toponiem Fonteinsnol.
» De plaatsnaam Krommenie.
» index» Etymologiebank: het lemma Oost-Knollendam.
» Etymologiebank: het lemma West-Knollendam.
Geplaatst op 17 november 2015, het laatst gewijzigd op 18 april 2025.
© de 5e Verdieping 2015-2025