Wat betekent de naam Marolleput?


Marolleput is een buurtschap in West-Zeeuws-Vlaanderen. Oorspronkelijk was het de naam van een zeearm. Marolleput is een samenstelling van de woorden marolle en put. Marolle, ook marol, is de Zeeuws-Vlaamse naam voor de meerkoet (een soort watervogel) en put betekent in dit geval ‘waterplas’ of ‘geul’.

Marollen is een volkse benaming voor de zusters maricol(l)en, een vrouwencongregatie die in de 17e eeuw gesticht werd in Vlaanderen. “In wijde zwarte mantels en witte kappen met breede, zwierende vleugels, stapten de strenge marollen”, heet het in Pallieter, de bekende roman van Felix Timmermans. Een zwart verenkleed en een witte snavel en bles, da’s de marolle, de Zeeuws-Vlaamse koet.

 

 

Referentes
Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), lemma’s morolle en Marollen (gepubliceerd in 1908 resp. 2001).
Ha.C.M. Ghijsen (red.), Woordenboek der Zeeuwse dialecten, 10e druk 1998, lemma marol(le).
G. van Berkel & K. Samplonius, Nederlandse plaatsnamen verklaard, 2018, lemma Marolleput.



» Marollen op Nova Zembla.
» De etymologie van koet.
» index


Geplaatst op 27 december 2011, het laatst gewijzigd op 12 maart 2020.

© de 5e Verdieping 2011-2020