Buffelaar ‘iemand die werkt als een buffel’


Werken als een buffel kennen we niet, wel werken als een paard. Dat is buffelen{informeel} hard en gestaag werken’ (ANW, bet. 1.0). Buffelen ‘hard werken’ zal een leenbetekenis zijn, uit Duits büffeln ‘hard werken’, een afleiding van Büffel ‘buffel’. De buffel werd vaak gebruikt voor zwaar landwerk, ploegen bijvoorbeeld, net als de os.

Arjen Fortuin schrijft in zijn recensie van Máxima, de pleitbezorger, een documentaire over het werk van koningin Máxima voor de Verenigde Naties: “Vooral wordt de vorstin geportretteerd als een overtuigde buffelaar (en cijferfetisjist) die de aansluiting van arme mensen op de financiële markt wil verbeteren”.
Zijn stuk heeft als kop: ‘Buffelaar Máxima neemt geen risico’.

Buffelaar ‘iemand die hard werkt’ staat nog niet in Van Dale.
Een buffelaar is een werkpaard. Of werkezel, al heeft dat misschien een wat negatieve bijsmaak. ‘Werkezel Máxima neemt geen risico’? Dan toch liever buffelaar, daarmee tap je uit hetzelfde register als bikkelaar ‘stoere doorzetter’ (WikiWoordenboek)², bikkel.
Bikkelaar Máxima.




1 Bikkelen ‘hard werken’ ontbreekt (anno 1901) nog in het WNT.
2 Bikkelaar en buffelaar staan niet in Van Dale, het ANW en het Groene Boekje.


Referenties
Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), lemma buffelen (gepubliceerd in 1901).
Kluge Etymologisches Wörterbuch der deutschen Sprache, 25. Auflage 2011, lemma Büffel.
Arjen Fortuin, ‘Buffelaar Máxima neemt geen risico’, NRC Handelsblad, 03-10-2019.



» De metaforische dinosaurus.
» De metaforische mastodont.
» index

» Algemeen Nederlands Woordenboek (ANW): het lemma buffelen.


Geplaatst op 8 oktober 2019.

© de 5e Verdieping 2019