Verreisd in de 18e eeuw
Verreisd moe van het reizen is het als bijvoeglijk naamwoord gebruikt deelwoord van verreizen. Om de een of andere reden leek het mij een redelijk modern woord, maar tot mijn verrassing kwam ik het tegen in het dagboek van Aafje Gijsen.
[ ] dog het gezelschap bleef niet laat in den avond, maar ging vroeg na huys om datte wij wat verryst waaren.
(18-04-1774)Ten half een uur quam ik tuys, ik meenden dat ik doen nog na Tryntje nigt Middelhooven moest op t kraambesoek, dog myn moeder zyden myn dat het afgezeyd was, dat mij wel aanstond want ik was wat verreyst.
(09-02-1775)Zondag den 16 Juli ben ik niet te kerk geweest, want ik was wat verrijst en hadt de vooriege dag niet kunne uytrusten.
(16-07-1775)Het WNT geeft als oudste bron Molemas Woordenboek der Groningsche Volkstaal uit 1887.
Referenties
Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), lemma verreisd (gepubliceerd in 1985).
Het dagverhaal van Aafje Gijsen, 1773-1775, toegelicht en van aantekeningen voorzien door J.W. van Sante.
» Rozig in het dagverhaal van Aafje Gijsen.
» Met de wagen langs Gooise boekweitvelden.
» Romantiek in de 18e eeuw.
» index
Geplaatst op 31 juli 2014.
© de 5e Verdieping 2014