Heel loof van het hollen


Voordemiddag was myn moeder heel loof van het hollen dat zy snagts gedaan had. Nademiddag had zy de koors weer, dog scheen wat stilder te leggen. Ook dagt dokter dat het tyd wierd om de koors te stuyten en verordieneerden te dien eynde de kiena om te gebruyken, als zy de koors niet had.
(Het dagverhaal van Aafje Gijsen, 23-09-1774)


Aafjes moeder had malaria. Niet de tropische malaria, maar de mildere inheemse malaria die tot na de Tweede Wereldoorlog in Nederland voorkwam, met name in Zeeland en Noord-Holland. Malaria (een Italiaans leenwoord, van mala aria ‘slechte lucht’, omdat de oorzaak werd gezocht in de ongezonde moeraslucht) heette in de 18e eeuw hier overigens niet zo. Het ziektebeeld was zelfs nog niet herkend. Wel werd de koorts toen al bestreden met de kinabast. Nadat in 1897 was ontdekt dat de ziekte wordt overgebracht door steekmuggen van het geslacht Anophelus (malariamuggen), ging men de muggen verdelgen door het water waarin de larven leefden te bespuiten met paraffine.

Heel loof van het hollen

Loof betekent ‘moe, uitgeput’. Het woord is nog gewoon bij de grote 17e-eeuwse drie (Bredero, Hooft, Vondel), aldus Boekenoogen. Het wordt in de Zaanstreek nog altijd gebruikt, o.a. in de verbinding love biene ‘moeie benen’.
Hollen betekent hier ‘ijlen’ (het verward spreken van een koortslijder). De primaire betekenis van zowel ijlen als hollen is ‘snel voortgaan’. Het WNT vermeldt bij hollen niet de specifieke betekenis ‘ijlen (v.d. koorts)’, wel de nauw verwante betekenis ‘raaskallen’.




Referenties
G.J. Boekenoogen, De Zaansche volkstaal, 1897, lemma loof.
Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), lemma’s hollenII en loofII (gepubliceerd in 1905 resp. 1921).
Het dagverhaal van Aafje Gijsen, 1773-1775, toegelicht en van aantekeningen voorzien door J.W. van Sante.
J.K. van der Korst, Een dokter van formaat, 2003.
Etymologisch woordenboek van het Nederlands (EWN) 3: Ke-R, 2007, lemma malaria.



» De betekenis van /herenhúís/.
» Uitje naar het galgenveld van Amsterdam.
» Het woord rozig in het dagverhaal van Aafje Gijsen.
» index


Geplaatst op 8 juli 2014.

© de 5e Verdieping 2014