Een p.-c. (?) melkboer in de P.C. Hooft


Het artikel melkboer in het Woordenboek der Nederlandsche Taal werd gepubliceerd in 1905. De betekenisomschrijving luidt:

In ’t algemeen: een boer die handel drijft door de melk van zijn vee geregeld te verkoopen; inzonderheid: een boer die gewoon is in de stad te komen om melk te verkoopen; eindelijk: een melkventer, ook al is deze geen boer in den eigenlijken zin.

Weer een stapje verder is melkboer ‘winkel van de melkboer’.

Een alinea uit het verhaal Dichtertje, dat Nescio schreef in 1917:

En de peinzende oogen van ’t dichtertje zagen toen recht in de peinzende oogen van Clara, de schitterende, die keken alsof ze iets heel bijzonders wisten, wat bedrog is. Even werden de vier peinzende oogen grooter en schitterden, toen dorst ’t dichtertje niet meer, want hij was een welopgevoed mannetje, al hatti rare kronkels in z’n eindelooze gedicht en hij keek naar ’t bruine laken en ’t zwarte bont en naar den vagen vorm van haar beenen in den rok en toen keek hij met geweld naar een onderhuis, waar een melkboer woonde, ’t gordijn was neer om den Zondag. Als je wilt kun je door die weerspiegeling heen kijken en de P.C. Hooftstraat is erg achteruitgegaan, jaren geleden had je daar geen melkboer, nu is er zelfs een aardappelen- en groentenwinkel.



» Boterboeren en prutboeren.
» Een melksalon aan de Zaanweg.
» De bakker is gesloten.
» index


Geplaatst op 1 december 2015.

© de 5e Verdieping 2015